Maandag mogen de cafés en restaurants weer open. Onder strenge voorwaarden, dat wel. Hoe bereidt de horeca zich voor op het ontvangst van hun 1,5-metergasten? ‘We zijn blij dat we eindelijk weer kunnen beginnen.’
Weilandterras, Drouwenermond
‘Zet de tafeltjes nog maar 20 centimeter verder uit elkaar’, zegt Marjon Boiten. ‘We hebben hier toch de ruimte.’ Een understatement: veel uitgestrekter dan de Drentse Veenkoloniën vind je het niet in Nederland. Op deze akkers zou eind augustus het Boerenrockfestival plaatsvinden. Helaas voor de 40 duizend bezoeker ging ook daar door corona een streep door. Op het veld bestemd voor het hoofdpodium zijn inmiddels aardappels gepoot.
Ondertussen zat Yvon Klok 600 meter verderop met een leeg buffetrestaurant: De Gulle Boergondiër (geen verschrijving) in Drouwenermond. ‘Afhalen en bezorgen ging nog. Maar het is een druppel op een gloeiende plaat.’ Straks gaan ze à la carte serveren. Tot die tijd is het eigen terras krap.
Ook de tentenbouwer uit Gieten en de licht- en geluidsman uit Buinen zaten in zak en as. Daarom sloegen het Boerenrockfestival en De Gulle Boergondiër de handen ineen. Klok: ‘In deze regio gaat het niet vanzelf. We wilden er samen iets van maken.’ Het resultaat: een uniek weilandterras, bijna een hectare groot, met plek voor 250 bezoekers. Zelfs de gemeente was soepel. Vanuit witte tenten wordt vanaf maandagavond eten en drinken geserveerd. Geen overbodige luxe, die beschutting. Want waaien, dat doet het in de Veenkoloniën bijna altijd. (Jurre van den Berg)
Tox Bar, Schiermonnikoog
Mensen die stellen dat Schiermonnikoog ‘bijna helemaal afhankelijk is van toerisme’ vergissen zich, zegt Remmelt Mulder. ‘We zijn er volledig afhankelijk van. Zonder gasten zou hier geen supermarkt zijn en zou de boot niet varen.’ Vandaar dat hij hen tegen de stroom in al opriep: wees welkom. De mede-eigenaar van de Tox Bar mocht zelf tijdens de stille coronaweken nog van geluk spreken dat 90 procent van zijn personeel oproepkracht is.
Horeca-ondernemers zijn gewend te concurreren om de gunst van de gast. Straks zijn de rollen omgedraaid, zegt Mulder. Dan strijden klanten om een schaars tafeltje. Zeker hier op het geliefde eiland en zeker in het hoogseizoen. Druk wordt het hoe dan ook. ‘Crowd management , daar komt het op aan. Bijvoorbeeld: de dagjesmensen voor 19 uur eten, de verblijfsgasten daarna.’ Een eiland-app moet reserveren mogelijk maken.
Ook binnen in de Tox Bar wordt alles anders. Een ouderwets wilde nacht met 450 (‘volgens de vergunning dan’) uitgelaten eilandgasten op de dansvloer? ‘Ik hoop op Oud en Nieuw, maar misschien nog later.’ Tot die tijd heerst de Wet van Placering. Meer ‘club en loungy’, misschien meer gericht op gezinnen, filosofeert Mulder hardop. ‘Een zaalvoetbalteam komt niet naar de Tox om op de dansvloer Kolonisten van Catan te spelen.’ (Jurre van den Berg)
Strandpaviljoen De Staat, Den Haag
De afgelopen zomers moest je bij strandpaviljoen De Staat in de rij staan voor je bestelling. De drankjes kon je meteen meenemen, je eten werd aan tafel bezorgd. Vanaf 1 juni ga je zitten, log je in op het wifi-netwerk van De Staat en doe je je bestelling via de smartphone – inclusief de betaling. De telefoon gaat trillen als alles klaarstaat bij een van de pick-uppunten.
‘Corona maakt creatief’, zegt eigenaar Jeroen Kuiper. De Staat was bijna klaar om te openen, toen de lockdown een streep zette door de seizoensstart. Toch is hij monter. ‘We hebben alles extra mooi geschilderd en de keuken wordt vernieuwd. Het is nu zelfs nog een race tegen de klok om 1 juni klaar te zijn.’
De kosten lopen intussen wel op – Kuiper heeft geld moeten lenen. ‘Juist aan het begin van het seizoen zit je met een strandtent krap bij kas.’ Gelukkig is het strand groot en kan iedereen straks RIVM-proof zitten. Hij kijkt uit naar de opening, maar heeft toch gemengde gevoelens. ‘Al die maatregelen druisen in tegen onze gebruikelijke gastvrijheid. Het is toch net iets minder ongedwongen genieten dan anders.’ (Bart Dirks)
Wokrestaurant Wapen van Rosmalen, Rosmalen
De chocoladefontein en de buffetbakken vol Aziatische en Hollandse specialiteiten of friet en snacks blijven nog even leeg, maar voor de rest gaat ook wokrestaurant Wapen van Rosmalen (600 zitplaatsen) maandag weer open. ‘Ja, maximaal 30 gasten is niet veel’, zegt bedrijfsleider Xiameng Xie in de grote eetzaal. ‘Het is niet anders – was het maar anders! En op 1 juli gaat het hopelijk naar 100.’
De looproutes en zuilen met desinfecterend middel zijn al aangebracht, de meeste stoelen moeten nog worden weggehaald. Het megawokrestaurant gaat werken met twee shifts van 2,5 uur: vijftien tafels per shift, twee gasten per tafel (of meer als ze uit één huishouden komen).
‘De nieuwe gasten in de tweede shift krijgen nieuwe tafels en stoelen – we gaan niet tussendoor even snel, snel, snel desinfecteren’, aldus Xie. ‘We hebben toch ruimte genoeg. Anderhalve meter afstand? Bij ons kunnen we de gasten makkelijk wel op twintig meter van elkaar zetten.’
De zelfbediening is voorlopig afgeschaft – dus geen gedrang bij het buffet, de wokpan of bakplaat. ‘Iedereen blijft zitten aan de tafel en wordt bediend, zodat er zo min mogelijk verkeer in het restaurant is’, zegt de bedrijfsleider.
De all-you-can-eat-formule blijft gehandhaafd (26 euro per persoon, exclusief drank), al is het traditioneel zeer ruime gerechtenassortiment iets ingekrompen: wel wokgarnalen, carpaccio of friet, geen gefrituurde inktvisjes of gebakken banaan. Over economische rendabiliteit wil Xie het even niet hebben: ‘Dit duurt al zo lang. We zijn blij dat we eindelijk weer kunnen beginnen.’ (Peter de Graaf)
Stadscafé D’n Burger, Den Bosch
‘Dat maximum van 30 klanten is voor ons geen enkel probleem’, zegt eigenaar Annabel Gerrard van Stadscafé d’n Burger, dat te boek staat als het kleinste café van Den Bosch. ‘Maar die anderhalve meter afstand is voor een klein café wel heel erg lastig. Hoeveel gasten kunnen we ontvangen in een ruimte van 35 vierkante meter? Hier aan de bar twee, daar aan een tafel twee en bij het raam misschien vier als het een familie is. Maar met acht of negen mensen hebben we het wel gehad – we moeten ook nog looproutes naar het toilet en de bar vrijhouden. Het is passen en meten.’
Bovendien heeft het kleine volkscafé in het centrum van de Brabantse hoofdstad, ingeklemd tussen een schoenmaker en een nagelstudio, nauwelijks terrasruimte buiten. ‘Aan de Markt is ook een klein café, maar dat heeft genoeg ruimte voor de deur’, aldus Gerrard. ‘Wij hebben alleen de halve stoep, afgebakend door vier noppen in het trottoir. En na vijven mogen we ook voor de nagelstudio staan.’
Het café doet niet aan vooraf reserveren. ‘De mensen komen hier voor een biertje, en misschien daarna ook nog één of twee’, aldus Gerrard. ‘Ze weten van te voren niet hoe laat ze weer weg gaan. Dan is reserveren ook moeilijk. Maar we houden ons wel aan de RIVM-regels. Bij de deur vangen we de mensen op en kijken of er nog plek is. Onze vaste gasten komen graag langs. Ik hoop op begrip: vol is vol.’ (Peter de Graaf)
WAT MAG VANAF MAANDAG WEL EN WAT NIET?
– Maximaal 30 gasten binnen, aan tafeltje of bar, reserveren verplicht, vooraf controlegesprek over gezondheid.
– Onbeperkt aantal gasten buiten op terras, zonder reservering, iedereen zit aan een tafeltje.
– Voor iedereen geldt: 1,5 meter afstand, tenzij uit één gezin/huishouden.
– Bediening binnen 1,5 meter in korte tijd aan tafel (bv voor uitserveren) is wel toegestaan.
– Een (vrienden)groep van 3 of meer personen mag wel aan één (grote) tafel zitten, mits zij 1,5 meter afstand tot elkaar bewaren
Eén reactie
I don’t think the title of your article matches the content lol. Just kidding, mainly because I had some doubts after reading the article.